Een kraker van een nummer uit een onbekend werk
De Dreigroschenoper onbekend? Grote kans dat Mack the knife je wel iets zegt.
Berlijn, de jaren twintig. De stad had een aantrekkingskracht waar weinig kunstenaars zich tegen konden verzetten: Salvador Dali, Pablo Picasso, Marlene Dittrich. Het was het culturele epicentrum van de wereld met een trok een scala aan artiesten, genres en humoristische maatschappijkritiek. Bertold Brecht en Kurt Weill vonden in dat alles elkaar.
Kurt Weill was componist en had zich aangesloten bij de Novembergruppe: een groep links geörienteerde, Berlijnse componisten die zich lieten inspireren door voorbeelden als Schönberg, Hindemith en Stravinsky. Bertold Brecht was schrijver en bezig met toneel. Zijn werken lieten toen al zijn sterk erotische intensiteit en nihilistische visie op het leven zien.
Novembergruppe.. nihilisme.. Klinkt nu al ingewikkeld, right? Maar niets blijkt minder waar. Zowel Weill als Brecht hadden als doel zo veel mogelijk mensen te bereiken. Of zoals ze zelf zeiden: “de muziek rechtstreeks tot het publiek te laten spreken, de meest directe weg te vinden om te zeggen wat we willen zeggen en om het zo eenvoudig mogelijk te zeggen.” Amen.
En dat bleek. Nog geen jaar na hun eerste ontmoeting stond singspiel Mahagonny op de planken: niet meteen een succes, want onbekend maakt onbemind, maar toen kort daarna de Dreigroschenoper kwam, volgde met terugwerkende kracht een rush op alles wat ze hadden voortgebracht. Het werd een ongekend succes. In hetzelfde jaar stond de opera in 50 verschillende theaters in Duitsland. Europa volgde niet veel later.
Zegt de titel Dreigroschenoper je niets, dan vast wel het nummer Mack the knife, de hit die door Sinatra en vele anderen gecoverd werd. Een kraker van een nummer uit een onbekend werk: het overkwam hen wel vaker. Zo ook Surabaya Johnny: een track uit de drie-akter Happy End. Het stuk zelf had niet zo’n goede afloop en werd na zeven voorstellingen weer van de planken gehaald: toch iets te ingewikkeld. Johnny baande zich echter een weg terug en vond Lotte Lenya, Marlene Ditrich en Bette Midler, die het nummer ongekend populair maakten.
Overigens vonden Brecht en Weill dat alleen Lenya hun werk waardig was. Kritisch, hoor. Wellicht waren ze iets subjectief: Lenya en Weill waren getrouwd.