Lavinia_meijer_24classics

De harp met de duizend poten

Door Suzanne van Nimwegen

Goed beschouwd is er geen genre dat zich, volgens musicus en componist Lavinia Meijer, niet leent voor de harp. En zij kan het weten. Van klassiek tot dance tot jazz tot pop (Radiohead, Sufjan Stevens) tot folk tot spoken word met Iggy Pop, alles komt voorbij in haar repertoire. Waarom zou ze zich moeten beperken tot klassiek? De harp biedt eindeloos veel mogelijkheden, en Lavinia is vastberaden om deze stuk voor stuk tot uiting te brengen. Niet alleen op muzikaal vlak, maar ook in maatschappelijke zin streeft Lavinia ernaar haar steentje bij te dragen.

Om dit doel te bereiken, moet de harp hier en daar wel wat afgestoft. Lavinia legt me uit dat de harp lange tijd achterliep op de andere instrumenten. Pas in de late 18e eeuw werd het instrument zo aangepast dat het geschikt werd voor de (chromatische) composities van die tijd. De muziek en de andere instrumenten waren de harp toen al ver vooruit. Als het aan Lavinia ligt, hoeft de harp nooit meer achter te lopen. Haar ruime keuze in bestaand, nieuw en zelfgeschreven repertoire voor de harp en haar zeer eigentijdse stijl, planten de harp stevig in de grond van de moderne tijd.

1. Je bent al vanaf zeer jonge leeftijd heel serieus met de harp bezig. Je bent ontzettend veelzijdig in je repertoire, maar de harp is een constante factor. Je bent eigenlijk zelfverklaard ambassadrice van de harp. Wat maakte dat je zo verliefd werd op de harp en hier zo exclusief voor hebt gekozen?

‘Ik was 8 toen ik voor het eerst een harp zag. Daarvóór was ik me wel al aan het oriënteren op het spelen van een instrument, maar ik wist al heel snel dat ik niet warm werd van de instrumenten die iedereen al speelde. De klank van een viool bespeeld door een beginner sprak me niet bepaald aan en de piano die op school stond werd vooral gebruikt om er in het voorbijgaan even lekker op te rammen. Een vriendinnetje dat harp speelde, liet me het instrument zien en de vonk sprong gelijk over. Het was zowel het verfijnde uiterlijk als de warme klank, die mij meteen aan de menselijke stem deed denken: een soort oerklank die recht je hart in gaat. Ik was veel bezig met mijn fijne motoriek, altijd aan het knutselen. In die snaren zag ik gelijk een grote uitdaging voor mijn ‘priegelige’ vingers.

‘Toen ik net begon met harples, op de kleine Keltische harp, was ik trouwens niet eens zo heel serieus. Ik vond het al gauw goed genoeg en vergat soms te studeren. Pas twee jaar later, toen ik auditie deed bij Erika Waardenburg en werd toegelaten tot het Conservatorium in Utrecht, kreeg ik goed de smaak te pakken. Ik stapte over naar de grote harp, die qua kracht en techniek meer van me vergde. Door de concoursen waaraan ik vanaf mijn 13e deelnam, ontdekte ik de kick van optreden. Nog steeds vind ik dit een van de mooiste dingen van mijn beroep en dit is ook de reden geweest dat ik definitief voor de muziek heb gekozen. Het contact met het publiek, de verbinding die je kunt maken met mensen, die daarvoor nog vreemden waren, door de universele taal van muziek. Muziek geeft ook troost, en ik weet dat veel mensen die troost in mijn muziek vinden. Op die manier kunnen bijdragen, geeft mij heel veel betekenis en voldoening.’

2. Je geeft in eerdere interviews aan dat je af wilt van het zoete imago van de harp. Een aantal jaar geleden speelde je het stuk ‘Cities change the songs of birds’, van Jacob ter Veldhuis, waarin jouw spel wordt gecombineerd met spraakopnames van verslaafde vrouwen met een strafblad. Dit stuk zorgde voor veel ophef in de klassieke muziekwereld en tot discussies over wat je wel of niet zou ‘mogen’ spelen op de lieflijke harp. Ben je inderdaad een tikje rebels in die zin, en waar komt dat vandaan? Had je dan niet beter drummer kunnen worden in een heavy metalband?

‘Ik ben nooit zo’n meisje geweest dat van jongs af aan al droomde van het leven als beroemde artiest. Ik was vooral op zoek naar een communicatiemiddel. Ik was een verlegen kind en vond het moeilijk om me te uiten. In de muziek kon ik alles en iedereen zijn, alles mocht. Dat maakte het makkelijker om ruimte te geven aan wat ik belangrijk vond en wilde uitdragen. Ik luisterde zeker niet alleen klassieke muziek en had ook interesse in popmuziek. In heel atonale moeilijke muziek probeerde ik toch een verhaal te ontdekken. Ik dacht: het gaat er toch om wat je overdraagt op het publiek? Als leerling van Erika Waardenburg, die ook affiniteit had met hedendaagse muziek, kreeg ik de ruimte om mijn eigen stijl en kracht en ontwikkelen. Ik leerde dat ik niet hóef te kiezen en dat juist die veelzijdigheid goed bij me past. Dat is wat ik wil laten zien. Ik hou heel erg van het klassieke repertoire, maar daarnaast heb ik ook een enorme drang naar het buitengewone, om niet te doen wat iedereen al doet. Het leuke is dat je die combinatie gewoon kan maken met de harp.

‘In mijn loopbaan ben ik veel vooroordelen over de harp tegengekomen. De harp wordt natuurlijk van huis uit gezien als een romantisch instrument. Door een bepaalde stand van de pedalen creëer je een ‘glissando’, een uniek overromantisch geluid dat veelvuldig door de romantische componisten werd ingezet. Zo werd de harp bijna veroordeeld tot de romantische hoek. Ook moest het instrument vooral door vrouwen worden bespeeld, om de sierlijkheid ervan te benadrukken. Maar het is juist een heel fysiek en zwaar instrument dat veel kracht vergt. Ik vind het dan ook leuk om te zoeken naar muziek die meer aansluit bij mijn eigen ervaring met de harp en bij wat ik om me heen hoor en zie, in deze tijd, als mens van deze tijd. Ik geloof erin dat de harp in alle muziekgenres een plek heeft.’

3. Je hebt heel veel klassiek repertoire gespeeld, verschillende hedendaagse componisten hebben composities voor je geschreven, je bewerkt regelmatig werk van andere componisten voor de harp (o.a. Philip Glass). Toch ben je zelf ook gaan componeren. Was er toch niet voldoende om uit te kiezen?

‘Stiekem componeerde ik als beginnend harpistje van 9 al een beetje, gewoon vrij, uitproberen. Toen ik bij Erika kwam heb ik dat losgelaten en me helemaal gestort op het klassieke repertoire. Via de samenwerking met pianist en componist Michiel Borstlap, waarin hij mij uitdaagde om te gaan improviseren en me hierin comfortabel te voelen, ontstond er weer ruimte. Opeens dacht ik: ik heb gewoon een stuk, en als ik het opschrijf, heb ik een compositie! Er kwam iets naar boven wat jaren verstopt was geweest, omdat ik het nooit had gedurfd. Ik was toch geen componist, dacht ik, ik had er niet voor gestudeerd. Instinctief begon ik met schrijven. Toen ik merkte dat het publiek er goed op reageerde en ik de harp op deze manier weer in een ander daglicht kon zetten, vormde die gedachte ook geen belemmering meer. Het voelt als een verrijking om vanuit het niets iets te kunnen maken. Er is zeker voldoende bestaand repertoire, maar als ik zo nog meer van de veelzijdigheid van de harp kan laten zien, waarom dan niet?’

Lavinia_meijer_24classics
beeld Robin de Puy



4. Wat sprak je zo aan in het werk van Philip Glass dat je hier supermoeilijke eigen bewerkingen van wilde maken voor de harp?

‘De muziek van Philip Glass staat voor mij voor het leven. De lichte en donkere momenten, alles ervan. Tijdens het luisteren van zijn muziek voel ik dat ik kan sterven en opnieuw geboren worden. De waardering voor zijn muziek, maar ook voor wie hij is, is nog groter geworden sinds ik hem persoonlijk heb leren kennen. Een man die met beide benen op de grond is blijven staan, altijd nieuwsgierig, een enorm diverse vriendenkring om hem heen van allerlei artiesten en wetenschappers. Hij staat elke ochtend om zes uur op, eerst Tai Chi, dan componeren, dan afspraken. Een benijdenswaardige discipline. Zijn leven is muziek. Philip Glass is zo’n inspirator voor mij, zijn muziek heeft een speciaal plekje in mijn hart.’

5. Je nieuwe album ‘Winter’ komt 2 februari uit. In 2023 bracht je ‘Spring’, ‘Summer’ en ‘Autumn’ uit. Hoe hebben de seizoenen je geïnspireerd tot het schrijven van deze albums en wat is je lievelingsseizoen?

Het omgaan met de seizoenen vond ik een interessante nieuwe invalshoek. Zeker nu klimaatverandering, die natuurlijk ook invloed heeft op de seizoenen, zo’n groot mondiaal thema is. Het idee was om de cyclus van een jaar te doorlopen, beginnend en eindigend in de winter, waarin ik in elk seizoen muziek uitbracht die voor mij ook echt past bij dat seizoen. Nu het winteralbum bijna uitkomt, voelt de cirkel ook rond. Wat betreft de associaties met de seizoenen heb ik heel open gekeken naar wat voor mijn gevoel goed paste, me niet teveel laten leiden door namen van stukken. Een kernstuk is de compositie Open Window, een stuk dat ik in de winter tijdens de pandemie schreef. Mijn lievelingsseizoen is dan ook de winter. Ik houd van de kou, van de langere spanningsbogen in de muziek die ik associeer met de winter, die overbrugging tussen herfst en lente. En ik ben ook in de winter geboren.’    



6. Je hebt op eindeloos veel podia en festivals gespeeld, van Carnegie Hall tot de Zwarte Cross. Je bent onwijs succesvol, wint de ene prestigieuze muziekprijs na de andere en bent ook nog eens geliefd bij het grote publiek. Voor iemand die al zoveel heeft gedaan: staat er nog een bijzondere plek op je bucketlist waar je zou willen optreden?

‘Zeker! Er zijn nog zoveel plekken te ontdekken, waarvan ik nu het bestaan nog niet eens weet. Maar als ik één zaal zou moeten noemen, dan is het de concertzaal in Reykjavik, IJsland, die toepasselijk genoeg ‘Harpa’ heet. Het gebouw, dat bol staat van de kleurrijke glazen panelen in geometrische vormen, is mede ontworpen door kunstenaar Olafur Eliasson. Bij het ontwerp heeft hij zich gebaseerd op de structuur van lavastenen in het IJslandse landschap. Nadat de bouw tijdelijk moest worden stilgelegd door de economische crisis, mocht de Ijslandse bevolking een naam voor het concertgebouw bedenken. Dit werd Harpa, wat naast ‘harp’ ook zowel ‘nieuw begin’ als ‘lente’ betekent. Mooi, toch?’

7. Hoe bereid je je voor op een concert? Zijn er rituelen of bakken blauwe M&M’s? Kun je nog zenuwen voelen?

‘Door de jaren heen heb ik een ritueel ontwikkeld, waarmee ik mezelf los kan maken van alle ‘onmuzikale’ gedachten. Zorgen of gepieker over het lichtplan, wie zit er in het publiek, zal die recensent niet heel kritisch over me schrijven. In mijn verbeelding reis ik af naar een rustpunt, waar ik geen druk voel van ruimte of tijd. Ik stel me voor dat ik nog uren de tijd heb om daar te blijven zitten, en dat ik, als ik omhoog kijk, alleen de hemel zie. Dit geeft mij een gevoel van vrijheid en onbevangenheid, maar ook geluk, dat ik uiteindelijk met me meeneem het podium op. Als ik met dat gevoel het podium betreed, realiseer ik me dat ik nergens anders zou willen zijn dan daar, al was het mijn laatste dag op aarde.’

8. Ik ben ook nieuwsgierig naar toekomstige samenwerkingen. Is er nog een artiest/componist met wie je graag zou samenwerken?

‘Grappig genoeg is er een componist die binnenkort voor mij een stuk zal gaan schrijven: Douglas Cuomo, die ook het thema van de serie Sex & the City heeft gecomponeerd. Superleuk, ik ben heel nieuwsgierig. Natuurlijk zijn er daarnaast genoeg artiesten met wie ik best nog eens een samenwerking aan zou willen gaan. Tegelijkertijd geloof ik dat je dat niet altijd actief hoeft op te zoeken of uit te spreken. Als je een open houding hebt, openstaat voor wat er op je pad komt, komt het vanzelf wel voorbij.’

9. Als je geen musicus zou zijn, wat zou je dan doen? Misschien harpbouwer?
‘Als harpspeelster voel ik mij onderdeel van een gemeenschap. Daarin ligt voor mij de eerste focus op het uitdragen van de harp, maar de harp maakt ook weer deel uit van muziek, die deel uitmaakt van cultuur, en daarmee van de maatschappij en de wereld. Ik zie daar een maatschappelijk belang in. Voor mij voelt het eigenlijk als een gemiste kans dat in ons systeem zo weinig erkenning wordt gegeven aan de therapeutische uitwerking die muziek kan hebben op mensen. Ik zie mijzelf, naast musicus, ook zeker als vertegenwoordiger van het idee dat we onze maatschappij moeten blijven voeden met cultuur, met muziek, omdat we anders afsterven als een kwetsbaar plantje dat geen water krijgt. Daar voel ik mij heel verantwoordelijk voor. Ik ben dan wel ‘slechts’ musicus, maar in die rol zitten zo eindeloos veel mogelijkheden die diepere lagen raken dan alleen het technische stuk. Ik zou het als harpbouwer toch een stuk lastiger vinden om diezelfde mate van gepassioneerdheid te bereiken.’

10. Waar kijk je het meest naar uit in 2024?
‘Komend jaar zit bomvol nieuwe dingen. Vanaf medio maart ga ik op tournee met het derde deel van mijn voorstelling ‘Untitled’. Untitled is een levenswerk, dat ik in een oneindig aantal delen wil uitvoeren tot ik erbij neerval. Daarmee maak ik een collage van de tijd waarin ik leef, uitgaand van de filosofische vraag: hoe kijken we over honderd jaar terug op deze tijd? Ik ben heel benieuwd hoe we deze tijd later gaan noemen. Zoals ik zelf goed weet – ik heb een nieuwe naam gekregen toen ik 2 was- betekent een naam een stukje identiteit. Welk –isme komt straks na het postmodernisme? Hiermee houd ik me bezig in Untitled. Je kunt het vergelijken met een oudejaarsconference, waarin ik reflecteer, terugkijk en vooruitblik, met de muziek als verbindende factor.

‘In het najaar zal ik opnieuw gaan touren, ditmaal samen met de Braziliaanse poppenspeler en danser Duda Paiva. Duda maakt zijn eigen poppen van een soort schuim en brengt ze op een zeer bijzondere manier tot leven in zijn voorstellingen. Ik herken mijzelf in de schakering van donker en licht die hij gebruikt in zijn spel. Nadat ik hem zeven jaar geleden heb ontmoet zijn we altijd in contact gebleven om te kijken of we samen iets konden doen. Dat gaat nu gebeuren, in de vorm van deze voorstelling genaamd Animalia Paradoxa.

‘En dan alvast een kleine primeur: ik ben van plan dit jaar een autobiografie uit te brengen. Mijn eerste veertig jaar op papier. Het boek zal gaan over mijn ontwikkeling als geadopteerd kind uit Zuid-Korea, de werking van roots, maar ook over de rol van de harp in mijn leven en hoe ik me daarin heb ontwikkeld. Al met al best wel heel wat te doen dus de komende tijd.’

Het nieuwe album ‘Winter’ van Lavinia Meijer komt 2 februari uit. De ‘Untitled 3’- tour gaat op maandag 18 maart in première in Amsterdam. Kijk op de website voor alle tourdata.



word ook Kleine Vriend
€4 per maand

meer dan 120 mensen
gingen je voor!