10 vragen voor Eydís Evensen

Door Suzanne van Nimwegen

Het is dat specifieke lentegevoel, je legt er lastig de vinger op, dat gevoel van new beginnings, endless possibilities, dat zo onlosmakelijk verbonden is met de overgang van de seizoenen, de transitie van donker naar licht en het eindelijk aanbreken van die langverwachte lente. Nu, na twee (drie? Tachtig?) coronajaren met zo weinig beweging, komen dat licht en die warmte, hoe voorzichtig en fragiel ook, extra krachtig binnen. Je kruipt uit je holletje en knijpt je ogen fijn om de zon op je gezicht te kunnen voelen. Eindelijk, de zon!

Het nieuwe album The Light, van het IJslandse multitalent Eydís Evensen, geeft dit onweerstaanbare gevoel fenomenaal weer. Sterker, het is de soundtrack van dit gevoel. Muziek die je meeneemt op een dromerige reis langs de elementen, een verhaal over veranderlijkheid. Terwijl alles vloeibaar voelt, constant in beweging is, brengt het onwankelbare pianospel van Eydís je naar een ankerpunt, weer naar huis.

Weinig lijkt Eydís Evensen dan ook uit haar evenwicht te kunnen brengen, wanneer ze kalm met een mok thee plaatsneemt achter de laptop vanuit haar woonkamer in Reykjavik om mijn 10 vragen te beantwoorden. Een geheel nieuw album, haar eerste echte Europese albumtour (voor haar debuutalbum uit 2021 was een proper tour niet mogelijk vanwege corona), waarvan vier concerten in Nederland en België. Genoeg aanleiding voor een minibeetje stress zou je zeggen, maar Eydís roert in haar thee en tuurt vanachter haar okerkleurige zonnebrilglazen (‘they brighten up the mood’) nieuwsgierig naar haar scherm terwijl een miezerregen zachtjes neerdaalt op de daken van de huizen en de klokkentoren van de Hallgrímskirkja waarop ze uitzicht heeft. Telkens als ik haar een vraag stel, volgt er, na een kort nadenk-ademstootje, een weloverwogen, uitgebalanceerd verhaal. Eydís is een kalm ankerpunt.

1. Je begon al heel jong met pianospelen. Kun je me eens mee terugnemen naar die kindertijd, wat wilde je vroeger worden als je later groot zou zijn?
‘Ik hield heel erg van schilderen en tegen mijn moeder zei ik altijd dat ik kunstenaar wilde worden. Natuurlijk wist ik nog niet precies wat dat betekende en dat kunst vele vormen kent, waar ik later inderdaad mijn werk van zou maken. Ik vind schilderen nog steeds heel leuk en maak graag aquarelschilderingen. Het is een heel kalmerende bezigheid, waarmee ik lekker kan ontsnappen uit de drukke werkelijkheid. Maar ik doe het nu alleen voor mezelf als hobby hoor, die aquarellen zijn niet voor het grote publiek.’

2. Op je zesde begon je ‘serieus’ met pianospelen en op je zevende (!) had je heel Mozartiaans al je eerste compositie geschreven. Wat maakte dat je voor de piano koos als jouw instrument?

‘Ik groeide op in een gezin met vier oudere broers en zussen, die allemaal een instrument bespeelden, de meesten speelden ook piano. Als tweejarige kwam ik hun dus al fijn storen tijdens het oefenen, het irritante kleine zusje dat ook mee wilde doen. Maar mijn ouders vertelden me dat ik echt al door de piano werd aangetrokken voordat ik me überhaupt bewust was van mezelf, laat staan van wat een piano is. Ik wilde er altijd op spelen. Toen ik zes was, vroeg ik mijn moeder of ik ook mocht beginnen met pianolessen, zoals mijn broers en zussen. In het kleine dorpje in het noorden van IJsland waar ik vandaan kom (Blönduós, red.) waren niet zoveel leraren, dus je moest wel echt heel zeker weten dat je het wilde en dat het de moeite waard was. Daarom zetten mijn ouders me eerst op blokfluitles. Als ik dat een paar maanden serieus volhield, dan zou ik mogen starten met piano. Ik was volhardend en heb die fluit er goed van langs gegeven. Toen ik eindelijk op pianoles mocht, was ik zo blij. Hoewel het een goed startpunt was, heeft de blokfluit mijn aandacht niet lang vast kunnen houden, terwijl mijn liefde voor de piano alleen maar is gegroeid.

Naast het pianospelen ligt mijn hart ook bij het zingen. Nadat we met het gezin naar Reykjavik verhuisden, heb ik lange tijd in het koor van het Hamrahlíð College gezongen, geleid door Þorgerður Ingólfsdóttir, waar onder andere Björk ook lid van is geweest. Onze koordirigent kwam uit een ander universum. Zij had een onnavolgbaar talent om je te leren muziek op een heel andere manier te benaderen. Door haar en door dit koor ben ik geïnspireerd geraakt om ooit zelf een compositie te schrijven voor een koor. En dat is nu gelukt, die is te horen op het nieuwe album! (The Light II, red.)’


3. Na je opleiding in Reykjavik was het plan om je klassieke muziekstudie verder voort te zetten in Wenen. Toch besloot je het roer om te gooien en te gaan werken als model in Londen en New York. Wat was de reden voor die ommezwaai?
‘Ik was 19 en ik had me tot die tijd heel serieus bezig gehouden met muziek als carrière. Met een vervolgopleiding in Wenen lag het pad wat dat betreft helemaal voor me uitgestippeld: ik zou concertpianist worden. Maar eigenlijk merkte ik in die tijd dat ik helemaal niet zo genoot van het muziek maken als voorheen. Er waren stukken die ik prachtig vond en waar ik me in kon verliezen, maar ook stukken die gewoon als werk voelden. Opeens benauwde het idee van dit geijkte pad, van die voorbestemdheid, me heel erg. Een gesprek dat ik destijds had met mijn docent Svana Víkingsdóttir, de moeder van IJslands beste pianist Víkingur Ólafsson, heeft me erg geholpen. Zij hielp mij inzien dat ik die innerlijke motivatie nodig had. Want als je het niet voor jezelf doet, wat heeft het dan voor zin? En juist die motivatie was ik even kwijt. Ik had iets nodig om mijn zinnen te verzetten en die mogelijkheid deed zich voor in de vorm van het modellenwerk. Ik kon de wereld rondreizen, ben overal geweest, terwijl ik geld verdiende en me ook nog kon bezighouden met muziek. Het was precies wat ik nodig had. De studie heb ik ‘tijdelijk’ stopgezet. Maar vrij snel realiseerde ik me dat het ‘instituut’ van klassieke muziek, het leven als concertpianist, niet mijn bestemming was. Het bracht me zoveel meer om op al die verschillende plaatsen muziek te spelen en schrijven, wat ik altijd ben blijven doen. Na een aantal jaar raakte ik uitgekeken op het modellenwerk en begon het weer te kriebelen om serieus met muziek bezig te zijn. En eigenlijk is dat op een heel natuurlijke manier weer bij mij terug gekomen. Door o.a. de pandemie en een beëindigde relatie kwam ik terug in IJsland, waar ik mijn eerste album opnam. Het plan was om weer terug naar New York te gaan en het modellenwerk op te pakken zodra het kon, maar met alle reisbeperkingen bleef ik waar ik was. Dat gaf mij onverwacht de mogelijkheid en de ruimte om me volledig op de muziek te focussen. En daar werd ik, niet verrassend, ontzettend blij van.’

C Anna Maggy

4. De natuur speelt voelbaar een heel belangrijke rol in jouw muziek. Ook heb je vaker aangegeven veel inspiratie te halen uit de weersomstandigheden. Welk seizoen of weertype past het best bij jou?rs?
‘In IJsland zijn zowel zomer als winter natuurlijk superheftig. In de zomer is er constant licht, dat we in de winter bijna volledig moeten missen. In de zomer merk je dat mensen een beetje van de leg zijn, ze trekken het land uit, zijn er niet helemaal bij met hun hoofd. Wanneer het dan weer herfst wordt, en het donker alweer vroeger komt, komen mensen weer meer thuis. Er wordt meer binnen geleefd, er wordt soep gemaakt, we komen weer bij elkaar om ons op te maken voor de lange winter. Er worden plannen gesmeed voor het nieuwe jaar. Die late herfst, die overgang naar de winter waarin men zich voorbereidt op wat komen gaat, vind ik een heel mooie tijd. Hetzelfde geldt voor de lente, die overgaat naar de zomer. Dat is dan weer een heel levendige, opwindende tijd. Na een lange, donkere winter is er weer licht, dat nieuw leven brengt. Ik houd van die overgangen, de transitie van het ene naar het andere seizoen. De beweging die daarmee gepaard gaat, de belofte van verandering.’

5. In de video die je maakte bij het nummer Bylur (van het gelijknamige debuutalbum uit 2021, red.) zien we je over een landschap vliegen met een uitbarstende vulkaan. Het is een heel zintuiglijke ervaring: je kunt de brandlucht bijna ruiken, de hitte van de kolkende lava bijna voelen. Als je een zintuig zou moeten missen, welke zou dat dan zijn?
‘Ik zou nooit zonder m’n gehoor en zicht kunnen leven. Maar die andere zintuigen zijn ook zo belangrijk… Moet ik echt kiezen? Dan kies ik maar smaak.’

6. Maar zou je dan al die heerlijke typische IJslandse gerechten niet heel erg missen, zoals Svið (zwartgeblakerde schapenkop), Hákarl (gefermenteerde Groenlandse haai) of Selshreyfar (zure ingelegde zeehondenvinnen, hier was geen Wikipedialink van te vinden maar de lezer kan er zich op basis van bovenstaande misschien een voorstelling van maken, red.)?
‘Inderdaad moeilijk daar afscheid van te nemen, maar gelukkig leef ik al een paar jaar veganistisch. Nu ik erover nadenk zou ik mijn smaak juist ontzettend missen! Ik vind het fantastisch dat de vegan community in Europa zo aan het groeien is en ik hou ervan om als ik op reis ben nieuwe veganistische restaurants uit te proberen. Volgende vraag!’

7. Je hebt met verschillende artiesten samengewerkt. Met wie zou je in de toekomst nog (of weer) eens  willen samenwerken?
‘Mijn idolen veranderen mee met mijn muzikale interesses, maar er is één artiest die voor mij altijd een enorme inspiratiebron blijft. Ik zou het ongelooflijk vinden als ik nog eens in dezelfde ruimte kan zijn als Thom Yorke (leadzanger van Radiohead, red.) Hij is gewoon zo’n geniaal muzikaal brein. Toen ik een keer de kans had om Radiohead live te zien optreden in New York, was ik tot tranen geroerd. Zijn muziek raakt mij heel erg. Ook een samenwerking met filmmuziekmaker Hildur Guðnadóttir staat hoog op mijn verlanglijstje. Zij heeft o.a. de filmmuziek voor de film the Joker gemaakt.’

8. Jouw nieuwe album is het antwoord op een persoonlijke ervaring die je hebt gehad. Kun je daar meer over vertellen?
‘Wat er precies gebeurd is kan ik niet vertellen. Wat voor mij vooral belangrijk is, is dat deze ervaring mij enorm gevormd heeft in hoe ik omga met emoties en tegenslagen waar je onvermijdelijk mee te maken krijgt in het leven. Ik heb ervan geleerd dat ik niet gedefinieerd word door mijn ervaringen, door mijn verleden, dat ik kan kiezen hoe ik daarmee om wil gaan en dat je juist uit die ervaringen kracht kunt putten om in de toekomst beter te kunnen dealen met moeilijke periodes. Dat wilde ik overbrengen op het album. Je gaat door allerlei emoties heen, met ups en downs, maar aan het eind van de tunnel is er licht. Dat is wat het stuk Resolution voor mij betekent. Het gaat over accepteren wat er is geweest, in het reine komen met het verleden en hoopvol te blijven voor de toekomst. Ik hoop dat de luisteraars dit ook kunnen terug horen in de muziek en dat ik ze misschien zelfs een beetje van dit effect kan meegeven.’

9. Hoewel de bevolking nog geen 400.000 mensen telt, komt er ontzettend veel muzikaal talent uit IJsland. In een eerder interview gaf je aan dat je niemand uit IJsland kende die geen instrument bespeelde. Wat maakt IJslanders zo’n muzikaal volk, denk je?

‘Muziek is enorm geïntegreerd in onze cultuur. Als kind op de crèche word je meteen al ondergedompeld in de muzikale tradities. Voordat je überhaupt je ontbijt op hebt, zit je al te zingen en te klappen met elkaar. Muzieklessen zijn vast onderdeel van het schoolprogramma, de meeste kinderen gaan ook naar de zondagsschool. Muziek zit in alle aspecten van het IJslandse leven. Net als storytelling, het doorgeven van de oude saga’s, heeft muziek maken ons altijd door de lange donkere winters heen geholpen. Tot zo’n 200 jaar geleden hadden wij hier niet eens goede huisvesting. Als het koud en donker is, wat kun je dan beter doen dan dicht bij elkaar kruipen, je stijve vingers warm spelen, en elkaar verwarmen met prachtige muziek en eeuwenoude verhalen? Creatieve uitingen worden gevierd in IJsland. Het wordt erg geprezen als je naast het doen van sport ook nog een instrument bespeelt, of toneellessen neemt. Er heerst een soort liefdevolle competitie. Het wordt aangemoedigd om jezelf te onderscheiden, om ergens heel goed in te worden, maar zonder dat dat anderen onderuit haalt. Wanneer een IJslandse artiest in het buitenland bekend wordt, voelt dat ook als een gemeenschappelijke prestatie, die je samen mag koesteren en waarvoor je trots mag voelen.

Die saamhorigheid werkt door in alle lagen van onze cultuur. Zeker omdat we met zo weinig zijn, voelt het belangrijk om goed te zorgen voor elkaar en voor de gemeenschap waar je deel van uitmaakt. Mijn moeder werkt als chirurgisch verpleegkundige. Op school was ik best goed in biologie en wiskunde en heb ik nog een tijdje gedroomd van een carrière als chirurg. Als ik van muziek niet mijn beroep had gemaakt, had ik in ieder geval in de zorg gewerkt. Na de pandemie heb ik ook een tijd een gehandicapte jongen van 20 verzorgd, die mijn hart compleet heeft veroverd. Zorgen voor elkaar maakt integraal deel uit van de IJslandse identiteit.’



10. Waar kijk je het meest naar uit dit jaar?
‘Deze tour! Oh ik ben hier zo enthousiast over. Dit is mijn eerste tour ooit en ik heb er ontzettend veel zin in. De eerste show, in Parijs, zal mijn 30e show ooit zijn. Door de pandemie heb ik er nog helemaal niet op uit kunnen trekken en nu is eindelijk het moment daar. Ik kijk er enorm naar uit om fans te ontmoeten en nieuwe mensen te leren kennen. Ook staat er een tour door Noord-Amerika op de planning, de Verenigde Staten en Canada. Dan kom ik ook weer terug in New York, waar ik niet meer naartoe heb kunnen gaan sinds de pandemie uitbrak. Als model leefde ik van dag tot dag, zonder vastomlijnd plan. Het voelt ontzettend empowering om daar nu te kunnen staan met mijn eigen tour, met iets dat ik helemaal van mij mag noemen. Voor mij voelt dit als licht aan het eind van de tunnel en ik hoop dat ik dit gevoel kan delen met de luisteraars.’  

Eydís met eigen ogen en oren bewonderen?

Ze is in de buurt te zien op:

word ook Kleine Vriend
€4 per maand

meer dan 120 mensen
gingen je voor!